In de Goede Week leek het me een mooie gelegenheid om een historische opname van het prachtige orgel van het Groningse Noordbroek te her publiceren met een uitvoering van de monumentale ‘Partite Diverse Sei gegrüsset, Jesu gütig’ van Johann Sebastian Bach. In de begeleidende tekst bij de YouTube publicatie staat een nadere toelichting op dit prachtige ‘orgeloratorium’ en de bijbehorende uitvoeringspraktijk. Het artikel is 3-talig van opzet als ware het een online privé masterclass. De opname is van 1989 maar heeft m.i. geheel niet aan actualiteit ingeboet.
Het orgel van Noordbroek is de ultieme verschijning van het werk van drie opeenvolgende generaties Schnitgerschool: Arp Schnitger (1696 – nieuw orgel), Albertus Anthoni Hinsz (1768) en Heinrich Hermann Freytag (1809) (verbouwingen). De twee werkzaamheden na Schnitger waren omvangrijk, die van Freytag nog het meest. Wat Freytags werk zo bijzonder maakt is dat hij in een tijd waarin dat volstrekt ‘not done’ was het orgel in de bestaande stijl uitbreidde. Het nieuwe werk lijkt daardoor bijkans alsof het nog door Schnitger zou kunnen zijn gemaakt.
Het voert in dit kader te ver om de details van de geschiedenis en de bouw te verhalen. In diverse publicaties staat hierover echter al het nodige vermeld. Een uitvoerige en ook tot nu toe up-to-date beschrijving staat in een brochure die ik als betrokken orgeladviseur bij de restauratie van de windladen in 2015 door Mense Ruiter Orgelmakers heb geschreven. Deze kan worden gedownload vanaf mijn website. Zie https://www.nnoa.nl/?page_id=180. Enkele foto’s van die restauratie staan op de video. Ter gelegenheid van deze deelrestauratie van dit uiterst belangwekkende orgel is er een groot onderzoeksverslag gemaakt met veel detailinformatie die tot dan toe niet bekend was.
Dat het orgel goed bewaard is gebleven is algemeen bekend. Iets minder bekend is dat er in 1958 door de fa. D.A. Flentrop i.s.m. Cor en Bernhardt Edskes en organist Simon Graafhuis meer werk is verricht dan tot aan 2015 was aangenomen. Zo is er een foto te zien van enkele pijpen waarvan de kernsteken zijn weggewreven en de kernspleten zijn dichtgedrukt, typerend werk gedacht vanuit de esthetiek van de neobarokke orgelbouw in de periode rond 1960. Daarom was het ook nodig de winddruk nog iets meer te verhogen, eend druk die sindsdien voor sommige registers te hoog is. Ook is er een merkwaardig stuk windkanaal uit 1768, of mogelijk 1696, als aansluitstuk van ca. 1 meter lengte aan de HW-windlade. Dit is veel te nauw waardoor het Hoofdwerk in het plenum aan enige windziekte lijdt. Het drukverval is dan 15 mm waardoor het normaliter goed gestemde orgel in het volle werk deels toch ontstemd raakt. Vandaar dat bij de windladerestauratie in 2015, als een voorlopige en experimentele constructie, een gemakkelijk reversibele ‘wind bypass’ vanuit het hoofdkanaal naar de HW-lade is gemaakt d.m.v. een grote westaflex buis, hetgeen op een foto van de windvoorziening te zien is.
In de balgkast is een illustratie te zien waarop zeer waarschijnlijk Herman Eberhard Freytag als karikatuur staat afgebeeld. Hij was de zoon van Heinrich Hermann die vanaf 1817 tot 1854 het orgel in onderhoud had. In de fotoreeks van de video is dit te zien.
De opname is gemaakt in 1989, 6 jaar na een grootonderhoudsbeurt aan het orgel door Orgelmakerij Van der Putten. De windladen van het orgel waren toen nog in een redelijke conditie, alle toen aanwezige lekkages werden toen verholpen en werden met name bij de tongwerken de ergste beschadigingen hersteld. Het orgel was dus toen in een (klank)staat die vrij dicht overeenkomt met die van na de windladerestauratie van 2014-2015. Alleen zijn bij de restauratie in 2015, waarbij ook de ergste beschadigingen van het pijpwerk zijn hersteld, een aantal pijpen die volledig uit de toon vielen (te luid, te zacht of te traag aansprekend) iets geëgaliseerd. Criterium was daarbij dat een gebrek als afwijkend van de overige pijpenreeks duidelijk zichtbaar en hoorbaar moest zijn. In deze opname zal de getrainde luisteraar nog wel enkele van die ‘uitschieters’ horen die in 1989 nog aanwezig waren. Op een aantal foto’s in de video is de restauratie van deze windladen te zien. Ook is zichtbaar hoe slecht de laden er bij de demontage in 2014 aan toe waren, vol met scheuren, vergaan leer e.d.. NB, het opnameresultaat komt dus overeen met de nog niet gerestaureerde staat van de windladen. Opvallend in het huidige aanzien is het geheel verweerde tinfolie van de frontpijpen. Dit is nog folie van Van Oeckelen uit 1855(!). Er zijn enkele lofwerkdelen wit geschilderd of verguld. In 1855 is de voorheen rood gebeitste kast donkerbruin gebeitst. De kleur ervan is nog te zien aan het paneel dat boven de klaviatuur is aangebracht waar de wijziging door Van Oeckelen staat vermeld. Oorspronkelijk is het lofwerk verguld geweest met naturel bladgoud of mogelijk met een gepatineerde bladgoudtechniek. Alle gordijnwerk is gepatineerd wit geweest. De basementlijst en de kolommen waren van marmerimitatie voorzien. Voorbeelden hoe het orgel er uitgezien kan hebben zijn nu weer te zien bij de Freytagorgels in Bellingwolde (1797) en Warffum (1812), waarbij recentelijk de oude kleurstelling op basis van uitgebreid ERM-kleuronderzoek opnieuw is aangebracht.
Ondanks de bovengenoemde wijzigingen is het Schnitgerse karakter van het orgel nog grotendeels aanwezig, maakt het monumentale instrument grote indruk op de speler en luisteraar en wordt het nog steeds als een van de fraaiste Schnitgerorgels getypeerd die nog bewaard zijn gebleven. Dit is ook goed mogelijk omdat de klanken van Hinsz en Freytag zo nauw bij die van Schnitger aansluiten. De wonderschone kerk met haar fraaie akoestiek voegt last but not least een grote dimensie toe aan de klankpracht en de luisterbeleving. ‘Noordbroek’ is een must voor elke vak- en amateurorganist, orgelliefhebber of ‘zo maar’ luisteraar of geïnteresseerde in oude kerken!
Toelichting-Explanation-Erläuterung YouTube